Klankmontage

Het is uiteraard mogelijk om de klankmontage te doen in en met hetzelfde programma als de beeldmontage. Voor vele low-budget, kleine of snel af te werken projecten zal dat ook het geval zijn (goedkopere televisiereeksen, reality-tv, reportages en documentaires, maar ook kortfilms en zelfs low-budget speelfilms). Zodra de klankmontage echter complexer wordt, zal al snel overgegaan worden naar montageprogramma's en systemen die specifiek voor klankmontage bedoeld zijn. Een van de meestgebruikte is ProTools, maar er zijn ook ander spelers op de markt (Pyramix, Audition, Cubase, ...). De werkmethode blijft meestal wel ongeveer hetzelfde. Hieronder een typisch ProTools screenshot

 

 

Workflow :

De monteur zal meestal al een ruwe montage van de synchrone klank gedaan hebben tijdens de beeldmontage, en vermoedelijk zelfs al een aanzet tot klankmontage (essentiële klankelementen zullen al gemonteerd zijn om bij visies een betere inschatting van de montage te kunnen maken : o.a. (voorlopige) muziek, belangrijke effecten, voice over, ....). De (beeld)monteur zal (een ofline versie) van beeld en klank exporteren in een formaat dat kan geîmporteerd en verwerkt worden in ProTools (OMF-export).
In het screenshot hierboven zie je in de bovenste lijn het beeld staan, evenals een video monitor insert (die meestal op een tweede scherm wordt gezet). Het is uiteraeard belangrijk dat deze export gebeurt na picture lock, d.w.z. dat de beeldmontage niet meer verandert na het exporteren, gebeurt dat wel, dan moet uiteraard ook de klankmontage aangepast worden.

Klankmontage kan opgesplitst worden in een aantal duidelijk onderscheiden secties, op grote projecten zullen vaak ook verschillende monteurs voor verschillende secties instaan, al dan niet aangestuurd door een "supervising sound editor" :

 

  1. Synchrone klank : alle klank die synchroon met het beeld is opgenomen

  2. Ambiance / atmos : klank waarvan kan aangenomen worden dat hij over de hele lengte van een scène doorloopt (bv. wind in de bomen, geraas van een fabriek, breken van de golven op het strand, geroezemoes in een café, ....

  3. Effecten / fx : geluiden die meestal, maar niet altijd veroorzaakt worden door een aktie in het beeld (bv. pistoolschot, dichtslaande deur, starten van een motor, piepende banden van een landend vliegtuig, ....

  4. Foley/Bruitage : geluiden die in een klankstudio worden opgenomen, synchroon met het beeld (bv. voetstappen, kleding, keukengerei, maar soms ook deuren, vallend glas, galoperende paarden, ....), ten dele om ontbrekende of zwakke synchrone klank te versterken, maar ook voor de VI (Version Internationale - zie later)

     

     

  5. Post-sync / Nasynchronisatie / ADR : ook opgenomen in een klankstudio, synchroon met het beeld. Om slechte dialogen (om welke reden dan ook) te vervangen door een beter versie (technisch of artistiek). De moeilijkheid met Post-sync is tweeledig enerzijds de synchroniciteit tussen beeld en klan, maar ook, en minstens even belangrijk, de ruimtelijkheid van de klank (close of ruim, interieur of exterieur, luid of zacht). Hier een voorbeeld van nasynchronisatie die niet erg geloofwaardig is omdat de acteurs praten alsof ze in een stille studio dicht bij mekaar staan, wat vermoedelijk ook het geval was.

  6. Muziek : bestaande muziek (auters- en reproductierechten !), of voor de film gecomponeerd

 

Sound Design :

Daar waar we bij de categoriën hierboven praten over het monteren van bestaande klanken tot een consistent geheel, gaat de sound designer "nieuwe klanken" creëren. Dat kunnen explosies zijn, gebrul van dinosaurussen, maar ook een beklemmende klanksfeer in een enge ruimte bijvoorbeeld. De sounddesigner kan vertrekken van bestaaande klanken die hij bewerkt en eventueel samenvoegt, of klank "uit het niets" creëren, gebruik makend van zowel fysieke attributen als diverse soorten electronica.
Het is duidelijk dat klankmontage, sound design en muziek mekaar overlappen en aanvullen. Sound Design is niet altijd even duidelijk onder te brengen onder een van bovenstaande categoriën, soms zijn het effecten, dan weer lijkt het muziek, en soms zelfs dialoog (zie het voorbeeldje hieronder)

 

 

Mixage

Voor mixage geldt hetzelfde als voor klankmontage : voor "eenvoudige" projecten is het mogelijk om de mixage af te werken in dezelfde soft- en hardware omgeving als de beeldmontage, maar voor complexere projecten zoal men uitwijken naar een "echte" mixagestudio. (foto's hieronder : Studio l'Equipe - Brussel)

Hier zal de film zijn definitieve klankband krijgen, alle elementent aangeleverd door de klankmonteur zullen t.o.v. mekaar uitgebalanceerd, en bewerkt worden (reverb, echo, limiting, equalising, expanding, panning, ...) zodat we een eindmix bekomen in een van de gangbare formaten voor distributie.

Formaten (meer detail op vorige pagina) :

    • MONO : 1 spoor - amper nog gebruikt

    • STEREO : 2 sporen : Left/Right - meest gebruikte formaeat voor televisie

    • LCR : 3 sporen : Left/Center/Right - niet echt een distributie formaat, wel gebruikt tijdens de postproductie

    • Dolby SR : 4 sporen : Left/Center/Right/Surround

    • Dolby Digital : 5 +1 sporen : Left/Center/Right/Left Surround/ Right Surround/ Subwoofer

    • Dolby EX : 6 +1 sporen : Left/Center/Right/Left Surround/ Right Surround/ Rear Surround/Subwoofer

    • Dolby Surround 7.1 : 7 +1 sporen : Left/Center/Right/Left Surround/ Right Surround/ Rear Left Surround/Rear Right Surround/Subwoofer

    • Dolby Atmos : 64 sporen (link : Alfonso Cuaron over het gebruik van Atmos in "Gravity")

    meer info en details hier

Zeker voor speelfilms is het gangbaar dat verschilende mix formaten worden aangeleverd, dit om compatibiliteit met verschillende distributiekanalen te kunnen garanderen.

VI of M&E track

Een VI (staat voor Version International) of M&E track (staat voor Music and Effects) wordt tijdens de mixage aangemaakt indien voorzien wordt dat de film ooit zal gedubd worden in een andere taal. Zoals de benaming doet vermoeden zal deze mix alle elementen bevatten die ook in die ook in de originele mix vervat zitten, minus de dialogen.
Dat is vooral voor de soundmixer iets complexer dan je uit dat ene zinnetje hierboven zou verwachten. Een van de grootste problemen bij het weglaten van dialogen, is dat je ook al de rest van de klank die "onder" de dialoog zit, weghaalt (alle synchrone klank dus). Hier komt dus het werk wat we in de foley gedaan hebben terug op de hoek kijken. Tijdens de opnames van de foley zal er zeer goed opgelet worden welke elementen uit de synchrone klank zullen "verdwijnen" als de dialogen weggehaald worden. Die klanken worden dan in de studio hermaakt (of in klankmontage toegevoegd indien ze niet in de studio kunnen opgenomen worden.
De soundmixer die de anderstalige versie mixt gebruik dan die M&E track, en zal daar de gedubde stemmen aan toe voegen. (voorbeeld) (al doen ze het in Rusland nog anders)

 

Als allerlaatste stap wordt de soundmix toegevoegd aan de definitieve beeldfile, zodat we een MASTER bekomen van beeld en klank die gebruikt kan worden voor verdere distribie (DCP, DVD, BluRay, tape, ...)

Als de film ook op 35mm geprint wordt voor distributie, dan zal van de mix een optische kopij getrokken moeten worden. Die optische kopij wordt tesamen met het beeld op de printfilm gecopieerd.

Hieronder Baz Luhrman over de klank voor "Australia" (en een illustratie van veel wat hierboven uitgelegd is)